Vuistregels
– Bedenk dat een patient met een huidschimmelinfectie besmettelijk is voor andere dieren maar ook voor mensen (‘ringworm’). Vooral jonge dieren en mensen -babies en kleuters- zijn gevoelig.
– Voor alle situaties geldt dat hoe nauwer het contact met de patiënt is hoe groter de kans op overdracht wordt. Dus de patiënt moet zo goed mogelijk apart gehouden worden.
– Bij de meeste dieren is de infectie alleen met zekerheid vast te stellen, of uit te sluiten, mbv laboratorium-onderzoek.
– De meeste dieren zullen de infectie na verloop van tijd zelf overwinnen mits ze verder gezond zijn. Gedurende dat genezingsproces wordt de smetstof nog lange tijd verspreid (!). Een behandeling richt zich daarom op het bespoedigen van de genezing en -daarmee- het beperken van het risico dat andere dieren/mensen besmet raken. (zie verder per diersoort).
– De smetstof kan zeer lang -maanden- in de omgeving overleven in de vorm van stofdeeltjes/huidschilfers. Daarom moet die omgeving -hok of leefruimte- ook bij de behandeling worden betrokken.
Omgeving -hok of verblijfsruimte-reinigen
Minimaal 2x per week grondig stofzuigen van alle vlakken -dus ook op kasten, planken, plinten etc. Gebruik een stofzuiger met een nieuw HEPA-filter (of minstens een micro-filter) om te voorkomen dat de smetstof weer wordt uitgeblazen.
Kleedjes/kussentjes -textiel- 1 x per week gewoon in de wasmachine, 30 graden C is voldoende.
Zorg dus zoveel mogelijk voor huisvesting die gemakkelijk is schoon te houden. Het gaat vooral om stofverwijdering!
Behandeling van de patient
Voorkom dat de smetstof wordt versleept; draag tijdens het hanteren van en verblijf bij de patient tenminste een stofjas en apart schoeisel die bij de patient blijven.
De behandeling moet doorgaan tot er weer normaal haar groeit. In sommige gevallen is het verstandig om dmv een test te controleren of de behandeling klaar is, dwz er geen smetstof meer aanwezig is. De VdQd-test is hiervoor bij uitstek geschikt.
Preventie is altijd beter dan behandeling; voorkom de insleep van de infectie: check nieuwe dieren voor het toelaten dmv een nauwkeurige inspectie van de vacht. In risicovolle situaties -veel dieren- geeft een controle-test extra zekerheid; de VqQd test maakt dat praktisch mogelijk want die is snel (‘morgen uitslag’) en betrouwbaar.
Per diersoort
Kat
Bij katten (kittens!) is het verstandig om zowel lokaal met een speciale antischimmel wassing als oraal met een antischimmel-medicijn te behandelen. Uw dierenarts kan deze middelen voorschrijven.
Verder is het geheel scheren van de patient erg bevorderlijk voor een vlotte genezing. Bovendien is de wassing dan effectiever en vindt er minder verspreiding plaats via huidschilfers.
Het gehele behandelprotocol moet worden volgehouden totdat er weer normale haargroei te zien is. In bepaalde situaties, bv als er jonge dieren/mensen in de omgeving zijn, is het verstandig om een controletest te doen. In situaties met veel dieren zoals catteries en dierenasiels is het verstandig om 2 controles uit voeren alvorens de patiënt als genezen, en dus als onbesmet, te beschouwen.
cavia
Praktijkervaringen laten zien dat de behandeling van cavia’s relatief eenvoudig kan zijn: 4 x grondig wassen met een enilconazole-oplossing (2x per week). Laat de diertjes daarna in een schoon hok opdrogen, liefst onder een warmtelamp. De behandeling is klaar zodra er weer normale haargroei te zien is. Hok/verblijf dient uiteraard regelmatig te worden gereinigd (zie boven).
Hond en konijn
Ook bij deze dieren kan meestal worden volstaan met 2x per week wassen met een enilconazole-oplossing totdat er weer normale haargroei is. Uiteraard dient ook hier het hok en/of de omgeving te worden gereinigd (zie boven).